Grand Fondo Vélomediane 2017: AmstelMasters testen positief

Voor het derde achtereenvolgende jaar, sommigen spreken al van een traditie, toog er een afvaardiging van WTC De Amstel naar La Roche-en-Ardennes om de krachten met elkaar, en nog 1500 anderen, te meten in de Vélomediane Claudy Criquelion. Een moordende Cyclosportieve in de Waalse Ardennen. Een Cyclosportieve, ook wel Grand Fondo, is een wielerwedstrijd met massa-start. Je kunt hem dus winnen door als eerste aan te komen. Maar je kan ook winnen van anderen door als 257ste binnen te komen maar dan wel een minuut sneller dan vorig jaar of door vóór Auke Broex te finishen.

Hoe rijd je een Grand Fondo?
21 klimmetjes. Sommigen kennen ze uit hun hoofd, inclusief percentages, anderen laten ze komen en zien wel hoe het gaat. Het parcours bestaat uit drie lussen, zodat start en finishplaats La Roche in totaal driemaal wordt aangedaan. Caspar Hermans waarschuwde hiervoor, namelijk: bij een slechte moraal bestaat de verleiding hier de pijp aan Maarten te geven. En zoals iedere, ooit eens uitgestapte wielrenner weet: daar kan je spijt van krijgen!
Ervaren Cyclosportievelingen wisten tevens te vertellen dat het voor een goede klassering heel belangrijk is van voren te zitten en zo lang mogelijk bij DE EERSTE GROEP te blijven. Want die gaan HARD! Ook in de afdaling en op de vlakke stukken.(MAAR ER ZIJN HIER HELEMAAL GEEN VLAKKE STUKKEN!!! ).

Voorbereiding
Training, training, training, want het is toch een koers van minimaal zo’n 4.40 uur voor Sander Boerkamp, of anders max ca. 6 uur. En een goede slaapplaats en goed eten.
Dat trainen deden de meesten wel, en Serge zorgde voor het huisje en het eten. Dus ‘s avonds pasta en de volgende ochtend van alles en nog wat, aangevuld met de onovertroffen gebakken eieren (op laag vuur, met ruim olie zodat het eiwit goed stolt maar niet bruin wordt.)

De koers
Nu volgen er eigenlijk 15 hele lange, gedetailleerde verhalen die overlopen van episch lijden, heroïsche gevechten, uitputtingsslagen, gekrenkte ego’s en geknakte reputaties. Ze zijn allemaal beslist de moeite waard. Maar dat voert véééél te lang. Gelukkig vond de redacteur, ergens ver weggestopt op het dark web, een literair hoogstandje uit de boezem van het AmstelMasterspeloton. Sander Boerkamp, hij rijdt niet alleen ieder jaar harder, hij schrijft ook steeds beter, publiceerde onderstaand verslag. Tim Krabbé style!

Sander Boerkamp
Na een ziedende tocht van 162 km heb ik me voorgenomen om de sprint van dit groepje te winnen. Tijdens de laatste beklimming op de Bois de Dochamps protesteerde alles. Een beklimming van niets eigenlijk, zeker als je het vergelijkt met de andere beklimmingen van de dag. Maar een klein licht mannetje kwam nog uit het achterveld opzetten en hield maar niet op met demarreren. “Laat hem in godsnaam fladderen”, riep ik nog naar de anderen, “in de afdaling pikken hem wel weer op”. Zelfs die afdaling deed pijn. Eigenlijk protesteerde het lichaam al vanaf de Mur van Maboge.
De Mur van Maboge, hoe kon ik die nou over het hoofd hebben gezien? Op de route de Hives vooraan zitten had ik me voorgenomen en zo geschiede. Hetzelfde recept op de Haussire. Maar de steilste beklimming daartussen was ik voor het gemak even vergeten. Vochtige betonplaten, uitschieters naar 20% en een doorschietend achterwiel. En van voren reden ze weg. Voor mijn gevoel fietste ik achteruit. Waarom had ik toch niet even een lichter verzet gestoken voor deze koers, wie denk je wel niet dat je bent? Ik kon boven nog aansluiten maar er werd geen rust gegund richting de Haussire. Het lot was al bezegeld, de patiënt stribbelde voor de vorm nog een beetje tegen. Het is onbeleefd als je dat niet doet. Maar dan ging de kopgroep definitief aan vaantjes. Tenminste, zeker is dat ze afscheid namen van mij. Wat er verder met de kopgroep gebeurde was voor mij vanaf dat moment gissen. 30 man weg, wat een teleurstelling. Ik dacht meerdere malen aan afstappen en terwijl ik aan afstappen dacht reed ik door.
Overal om me heen zag ik renners eenzaam zwoegen. Zo’n rit is toch vooral een tocht door je emoties. Het kinderlijke enthousiasme vooraf, gevolgd door de spanning en de focus. De eerste beklimming gaat puur op adrenaline. Vervolgens groeit het zelfvertrouwen wanneer je ook de tweede klim makkelijk met de eersten mee zit. Man wat rij ik attent en wat ben ik toch een wielrenner. Dit slaat om in ontgoocheling wanneer je uitgewrongen wordt. Dan voel je ineens de pijn in je benen die er zojuist ook al zat. Wat had je dan gedacht Sander? Pas wanneer alle steentjes los op de grond liggen kun je het huisje rustig weer op gaan bouwen. Een aanmoediging van je verzorgster aan de kant, je groepje van 4 krijgt aansluiting bij een groep van 5. Er wordt lekker gedraaid en we rapen een even grote groep op. Wat zitten die mannen er doorheen zeg. Eén voorzichtige demarrage is al genoeg om ze te lossen.
Alles eindigt in de straten van La Roche. De enige meters die ik de vorige dag verkend heb. Inmiddels voel ik niets meer, ik moet alleen nog maar als eerste de brug over. Rechtsaf zit een stoeprand waar je je wiel op kapot kan rijden, moet je een beetje ruim nemen. Dan zorgen dat je als eerste door de bochten recht links gaat want daarna kan er eigenlijk niemand meer voorbij. Komt toch Robert Jan Mol van West-Frisia nog voorbij. Dan moet ik na die bochten in de laatste 80 meter met een ultieme jump er toch nog overheen. Alles geven, stuur naar voren zoals ik Sagan op tv heb zien doen klap ik nog met 52 over de tijdsregistratie drempels. Daarbij rij ik en passant nog lek ook. Wat maakt het uit, was het genoeg?? Too close to call… 11de, 12de, 13de? De tijdregistratie is sowieso de weg kwijt. Het is voorbij het doet er niet meer toe. 4u en 40 minuten was ik wielrenner er langzaam keer ik weer terug naar de orde van de dag.

Epiloog
Sander was dus de eerste AmstelMaster die van Auke Broex won, gevolgd door Geeralt (die zat dus niet in DE EERSTE GROEP maar reed verstandig zijn eigen tempo. Gevolgd door krijger Hermans. Toen Edwin de Graaff (had lek gehad). Toen Auke Broex. Eerste verliezer: Pierre Deen. (Keihard uit DE EERSTE GROEP geblazen). Volgend jaar rijdt hij hem weer Pierre Deen style, dus gewoon in het wiel van Auke. Gevolgd door een toch verrassende Dick ‘Polderman’ Visser. Jan van Herwijnen, Wouter de Jonge, René Boerkamp, Romke de Weerdt en Tony Stoffels. En Alicia werd tussendoor gewoon even derde dame overall!
Maar waar was Serge? Serge had spijt. Serge was gestopt na eerste lus. Hij had zijn training verwaarloosd. Tijdgebrek door zorgen voor huisje en het bakken van eieren. De eieren die dus wel weer klaar stonden toen iedereen gesloopt weer terug in het huisje aankwam. Het zorgde en passant wel voor een massale positieve test op Fipronil. Maar dat werd hem vergeven.

Reacties zijn gesloten.

Ondersteund door WordPress | Thema: Baskerville 2 door Anders Noren.

Omhoog ↑